Martijn krijgt weinig aandacht van zijn ouders, die een dorpsbazaar drijven, en is veel op zichzelf aangewezen. Hij heeft fantasie genoeg, maar kan niet voldoen aan de verwachtingen die men van hem heeft. Als hij blijft zitten op school, is de boot aan. Alleen opa in het bejaardenhuis begrijpt hem en luistert naar zijn verhalen. Als er een filmploeg in zijn woonplaats neerstrijkt om een sprookjesfilm op te nemen, wordt Martijn tot hoofdrolspeler gekozen en opa krijgt de rol van tovenaar.